Bradykinesie en hypokinesie bij de ziekte van Parkinson: what’s in a name?

Omdat in de literatuur bradykinesie en hypokinesie vaak door elkaar worden gehaald, hebben wij de relatie tussen deze twee fundamentele aspecten van veranderd bewegen en de invloed van de ziekte-ernst op deze maten onderzocht bij 41 patiënten met de ziekte van Parkinson (PD) en 24 leeftijds-gematchte gezonde controles. Bradykinesie werd gemeten met een test-microcomputer gekoppeld aan een response-board. Hypokinesie werd beoordeeld door de activiteit thuis te monitoren over een periode van 5 opeenvolgende dagen. Voor elke proefpersoon werden de keuzereactietijd en maatstaven voor bradykinesie (tikfrequentie, bewegingstijd) en hypokinesie (bewegingsindex, duur van de immobiliteitsperioden) berekend. Patiënten met PD hadden een normale keuze-reactietijd en een significant verminderde uitvoering van vrijwillige beweging en verminderde hoeveelheid beweging in de tijd. Bradykinesie was duidelijk aanwezig bij de minder aangedane patiënten met PD, en verergerde naarmate de ernst van de ziekte toenam. Hypokinesie, daarentegen, kwam alleen naar voren bij de meer aangedane patiënten. Er was een opvallend gebrek aan verband tussen de maten die bradykinesie en hypokinesie weergeven. Het gebruik van levodopa of dopamine-agonisten heeft deze bevindingen niet in de war gestuurd. Onze bevindingen tonen het zeer verschillende karakter en verloop aan van twee niveaus van veranderde beweging bij patiënten met PD en stellen de oorzakelijke mechanismen van beide motorische kenmerken bij PD in vraag. Een nauwkeuriger gebruik van de termen brady- en hypokinesie is een eerste vereiste voor toekomstige studies die inzicht trachten te verschaffen in de oorzakelijke mechanismen van beide motorische kenmerken.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.