Voor nieuwe gebruikers, persoonlijke Ubuntu-boxen, thuissystemen en andere opstellingen voor één gebruiker is een enkele /-partitie (eventueel aangevuld met een separateswap) waarschijnlijk de gemakkelijkste, eenvoudigste manier om te kiezen. Echter, als uw partitie groter is dan ongeveer 6GB, kies dan ext3 als uw partitietype. Ext2 partities hebben periodieke integriteitscontroles van het bestandssysteem nodig, en dit kan vertragingen veroorzaken tijdens het booten als de partitie groot is.

Voor multi-user systemen of systemen met veel schijfruimte, is het het beste om /var,/tmp, en /home elk op hun eigen partities te zetten, gescheiden van de / partitie.

U heeft misschien een aparte /usr/local partitie nodig als u van plan bent om veel programma’s te installeren die geen deel uitmaken van de Ubuntudistributie. Als uw machine een mailserver wordt, moet u misschien /var/mail een aparte partitie maken. Vaak is het een goed idee om /tmp op een eigen partitie te zetten, van bijvoorbeeld 20-50MB. Als u een server opzet met veel gebruikersaccounts, is het over het algemeen goed om een aparte, grote/home partitie te hebben. In het algemeen verschilt de partitiesituatie van computer tot computer, afhankelijk van het gebruik.

Voor zeer complexe systemen dient u deMulti Disk HOWTO te raadplegen. Deze bevat diepgaande informatie, vooral van belang voor ISPs en mensen die servers opzetten.

Met betrekking tot de kwestie van de grootte van de swappartitie, zijn er vele meningen. Een vuistregel die goed werkt is om net zoveel swap te gebruiken als je systeemgeheugen hebt. Het zou ook niet kleiner dan 16MB moeten zijn, in de meeste gevallen. Natuurlijk zijn er uitzonderingen op deze regels. Als u probeert om 10000 simultaanvergelijkingen op te lossen op een machine met 256MB geheugen, kan het zijn dat u een gigabyte (of meer) swap nodig heeft.

Op sommige 32-bit architecturen (m68k en PowerPC) is de maximale grootte van een swap-partitie 2GB. Dat zou genoeg moeten zijn voor bijna elke installatie. Als u echter zoveel swap nodig hebt, kunt u de swap waarschijnlijk het beste verdelen over verschillende schijven (ook wel “spindles” genoemd) en, indien mogelijk, verschillende SCSI- ofIDE-kanalen. De kernel zal het swap-gebruik verdelen over meerdere swap-partities, wat betere prestaties geeft.

Als voorbeeld, een oudere thuis-machine heeft misschien 32MB RAM en een 1.7GB IDE schijf op /dev/sda. Er zou een partitie van 500MB kunnen zijn voor een ander besturingssysteem op/dev/sda1, een swap-partitie van 32MB op/dev/sda3 en ongeveer 1.2GB op/dev/sda2 als de Linux-partitie.

Voor een idee van de ruimte die Ubuntu nodig heeft, zie Paragraaf D.3, “Benodigde schijfruimte”.