Genesis Hoofdstuk 4

A. De moord van Kaïn op Abel.

1. (1) De geboorte van Kaïn.

Nu kende Adam Eva, zijn vrouw, en zij werd zwanger en baarde Kaïn, en hij zeide: “Ik heb een man van den HEERE verkregen.”

a. Adam nu kende Eva, zijn vrouw: Dit is de eerste specifieke vermelding van seks in de Bijbel. De term kennen of “kennen” is een beleefde manier om te zeggen dat zij seksuele betrekkingen hadden en de term wordt in de Bijbel vaak in deze zin gebruikt (Genesis 4:17, 4:25, 38:26, Richteren 11:39, 1 Samuël 1:19).

i. Dit is een krachtige manier om seks te beschrijven. Het laat de hoge, intermenselijke termen zien waarin de Bijbel de seksuele relatie ziet. De meeste termen en uitdrukkingen die mensen tegenwoordig gebruiken voor seks zijn ofwel grof ofwel gewelddadig, maar de Bijbel ziet seks als een middel om elkaar te kennen in een toegewijde relatie. Kennen duidt op een daad die bijdraagt tot de band van eenheid en de opbouw van een één-vleselijke relatie.

ii. We hebben geen reden om aan te nemen dat Adam en Eva daarvoor geen seks hadden. Adam en Eva waren zeker in staat tot seksuele relaties vóór de val, want er is niets inherent onrein of onrein aan seks op zich, alleen in het misbruik ervan.

b. En baarde Kaïn, en zeide: “Ik heb een man van den HEERE verkregen”: De naam Kaïn betekende in feite: Ik heb hem of Hier is hij. Waarschijnlijk dacht Eva dat Kaïn het zaad was dat God had beloofd, de verlosser die uit Eva zou voortkomen (Genesis 3:15). Er is een betekenis waarin Eva zei: “Ik heb de man van de HEERE.”

i. Onder normale omstandigheden willen ouders goede dingen voor hun kinderen. Zij vragen zich af of hun kinderen voorbestemd zijn voor grootheid. Adam, en vooral Eva, hadden deze verwachtingen voor Kaïn, maar het ging verder dan de normale ouderlijke hoop en verwachtingen. Adam en Eva verwachtten dat Kaïn de Messias zou zijn die God had beloofd.

ii. Eva dacht dat zij in haar armen de Messias hield, de Verlosser van de hele wereld, maar in werkelijkheid hield zij in haar armen een moordenaar.

c. Een man van de HEERE: Eva had het geloof dat de kleine baby die zij vasthield een man zou worden. Er was nog nooit een baby geboren. Het is mogelijk dat Adam en Eva zich afvroegen of hun nakomelingen wel volgroeid ter wereld zouden komen, zoals zij deden.

2. (2-5) De geboorte van Abel en de offers van Kaïn en Abel.

Toen baarde zij opnieuw, ditmaal zijn broer Abel. Abel nu was een schapenhoeder, maar Kaïn was een bewerker van de grond. En in de loop der tijden geschiedde het, dat Kaïn de HEERE een offer bracht van de vrucht der aarde. Ook Abel bracht van de eerstgeborenen van zijn kudde en van hun vet. En de HEERE eerbiedigde Abel en zijn offerande, maar Kaïn en zijn offerande eerbiedigde Hij niet. En Kaïn werd zeer toornig, en zijn aangezicht viel neer.

a. Abel was een schapenhoeder, maar Kaïn was een bewerker van de grond: Landbouw en het domesticeren van dieren werden beoefend onder de vroegste mensen. Adam en zijn nakomelingen leefden niet tienduizenden jaren als holbewoners die jagers en verzamelaars waren.

b. Kaïn bracht een offer van de vrucht van de grond aan de HEERE: Wij kunnen vermoeden dat Kaïn zijn offer naar de boom des levens bracht omdat cherubs de weg bewaakten naar de boom des levens (Genesis 3:24), en cherubs worden altijd geassocieerd met de woonplaats of ontmoetingsplaats met God (Exodus 25:10-22). Het is mogelijk dat Kaïn, Abel en later anderen God ontmoetten bij de boom des levens, waar de cherubs de toegang tot de boom bewaakten en verhinderden dat iemand van zijn vruchten at.

c. De HEERE eerbiedigde Abel en zijn offer, maar Hij eerbiedigde Kaïn en zijn offer niet: Abel bracht een offer van bloed (de eerstgeborene van zijn kudde) en Kaïn bracht een offer van vegetatie (de vrucht van de grond). Velen nemen aan dat dit het verschil was tussen hun offers, maar graanoffers waren aanvaardbaar voor God (zoals gezien in Leviticus 2), hoewel niet als verzoening voor zonde.

i. “Het woord voor offerande, minchah, wordt in de ruimste zin gebruikt, en omvat elk soort geschenk dat de mens kan brengen… Geen van de twee offers wordt specifiek voor zonde gebracht. Niets in het verslag wijst in die richting.” (Leupold)

ii. De schrijver aan de Hebreeën legt duidelijk uit waarom het offer van Abel werd aanvaard en het offer van Kaïn werd afgewezen: Door geloof offerde Abel een voortreffelijker offer dan Kaïn (Hebreeën 11:4). Het offer van Kaïn was de inspanning van dode godsdienst, terwijl het offer van Abel werd gebracht in geloof, in een verlangen om God te aanbidden in geest en in waarheid.

d. Abel bracht ook van de eerstgeborenen van zijn kudde en van hun vet: Hieruit blijkt dat Abels offer extra bijzonder was. Het vet van het dier werd gewaardeerd als zijn “luxe” en moest aan God worden gegeven wanneer het dier werd geofferd (Leviticus 3:16-17 en 7:23-25). Het verbranden van vet als offer voor God wordt een lieflijk aroma voor de HEERE genoemd (Leviticus 17:6).

i. Het offer van Kaïn was ongetwijfeld esthetischer; dat van Abel zou een bloedige puinhoop zijn geweest. Maar God was meer bezorgd over het geloof in het hart dan over artistieke schoonheid.

ii. Hier, was het één lam voor een man. Later, bij het Pascha, zal het één lam voor een familie zijn. Dan, op de verzoendag, was het één lam voor de natie. Tenslotte, bij Jezus, was er één Lam dat de zonde van de hele wereld wegnam (Johannes 1:29).

e. Respecteerde… respecteerde niet: We weten niet precies hoe Kana en Abel wisten dat hun offers werden aanvaard of niet aanvaard. Blijkbaar was er enig uiterlijk bewijs dat het duidelijk maakte.

i. Er zijn Bijbelse voorbeelden van het verteren van een aanvaardbaar offer door vuur van God (Richteren 6:21; 1 Koningen 18:38; 1 Kronieken 21:26; 2 Kronieken 7:1). Misschien werd een aanvaardbaar offer, gebracht aan de cherubs bij de boom des levens, verteerd door vuur uit de hemel of door de vlammende zwaarden van de cherubs (Genesis 3:24).

f. Kaïn was zeer boos, en zijn gelaat viel neer: Kaïns boosheid was ongetwijfeld geworteld in trots. Hij kon het niet verdragen dat zijn broer voor God aanvaard was en hij niet. Het is zelfs mogelijk dat dit algemeen bekend was als God die het offer met vuur verorberde, duidde op aanvaarding.

i. De epidemie van zonde werd snel erger. Kaïn beging nu de relatief geavanceerde zonden van geestelijke hoogmoed en huichelarij.

3. (6-7) Gods waarschuwing aan Kaïn.

Daarop zei de HEER tegen Kaïn: “Waarom ben je boos? En waarom is uw aangezicht gevallen? Indien gij goed doet, zult gij dan niet aangenomen worden? En indien gij niet goed doet, ligt de zonde aan de deur. En haar begeerte is naar jou, maar jij moet er over heersen.”

a. Waarom ben je boos? En waarom is je gelaat gevallen? God ging met Kaïn om in termen van liefdevolle confrontatie in plaats van automatische bevestiging. God maakte duidelijk dat Kaïn geaccepteerd zou worden als hij goed deed.

i. Natuurlijk wist God de antwoorden op de vragen die Hij stelde, maar Hij wilde dat Kaïn het zou weten en de trek naar geweld en woede van binnen zou weerstaan.

b. Als je niet goed doet, ligt de zonde aan de deur: God waarschuwde Kaïn voor de vernietigende kracht van de zonde. Kaïn kon de zonde weerstaan en zegen vinden, of hij kon toegeven aan de zonde en verslonden worden.

c. En haar verlangen is naar u, maar gij moet over haar heersen: Wij voorkomen dat de zonde over ons heerst door God eerst meester over ons te laten zijn. Zonder God als onze meester, zullen wij slaven van de zonde zijn.

4. (8) Kaïn vermoordt Abel.

Nu sprak Kaïn met Abel, zijn broeder; en het geschiedde, toen zij op het veld waren, dat Kaïn opstond tegen Abel, zijn broeder, en hem doodde.

a. Kaïn nu sprak met Abel, zijn broeder: De betekenis is dat Kaïn van plan was Abel te verrassen door hem te sussen met een aangenaam gesprek. Dit toont aan dat Kaïn moord met voorbedachten rade pleegde, en dus duidelijk Gods manier van ontsnappen negeerde.

b. Kaïn stond op tegen Abel zijn broer en doodde hem: Geen mens was ooit eerder gestorven of gedood, maar Kaïn zag hoe dieren werden gedood om te offeren. Hij doofde het leven van Abel op dezelfde wijze.

i. De neerwaartse loop der zonde onder het jonge mensengeslacht vorderde snel. Nu bleek de gehoopte verlosser een moordenaar te zijn, en de tweede zoon was het slachtoffer van moord. De zonde werd niet bij de wortel gestopt of de morele toestand van de mens verbeterde snel. De zonde kon niet worden bedwongen.

B. God confronteert Kaïn.

1. (9) God ondervraagt Kaïn.

Toen zeide de HERE tot Kaïn: “Waar is Abel, uw broeder?” Hij antwoordde: “Ik weet het niet. Ben ik de hoeder van mijn broer?”

a. Waar is Abel, je broer: God wist het antwoord op deze vraag. Hij vroeg het aan Kaïn omdat Hij hem de gelegenheid wilde geven zijn zonde te belijden en goed te gaan doen na verkeerd te hebben gedaan.

i. Hoe zinloos was het voor Kaïn om tegen God te liegen! Het was waanzin voor hem te denken dat God niet wist waar Abel was, of dat hij in feite zijn zonde voor God kon verbergen.

b. Ben ik mijn broeders hoeder? Dit antwoord van Kaïn is beroemd. Het feit is dat hij verondersteld werd de hoeder van zijn broer te zijn, maar in plaats daarvan was hij de moordenaar van zijn broer, en hij vermoordde hem om de laagste van de redenen. Able had Kaïn op geen enkele manier verwond. De moordzuchtige woede van Kaïn werd louter ingegeven door een geestelijke jaloezie.

i. Spurgeon was geschokt door de manier waarop Kaïn antwoordde aan God: “De koele onbeschaamdheid van Kaïn is een aanduiding van de gemoedstoestand die leidde tot zijn moord op zijn broer; en het was ook een deel van het resultaat van het feit dat hij die vreselijke misdaad had begaan. Hij zou niet tot de wrede daad van bloedvergieten zijn overgegaan, indien hij niet eerst de vreze Gods had afgeworpen en bereid was geweest zijn Maker te tarten.”

ii. Judas 11 waarschuwt voor de weg van Kaïn, die ongeloof is, lege godsdienst die leidt tot jaloezie, vervolging van hen die waarlijk godvruchtig zijn, en moorddadige woede.

iii. Er is geen grotere vloek op de aarde dan lege, ijdele godsdienst; zij die een vorm van godsvrucht hebben, maar de kracht van God verloochenen (2 Timoteüs 3:5). Velen zijn bang voor seculier humanisme of atheïsme, maar dode godsdienst stuurt meer mensen naar de hel dan wat dan ook.

2. (10-12) Gods vloek over Kaïn.

En Hij zeide: “Wat hebt gij gedaan? De stem van het bloed van je broer roept tot Mij vanuit de grond. Daarom ben je nu vervloekt door de aarde, die haar mond heeft geopend om het bloed van je broer uit jouw hand te ontvangen. Wanneer u de grond bewerkt, zal hij zijn kracht niet meer aan u afgeven. Een vluchteling en een zwerver zult gij zijn op de aarde.”

a. De stem van het bloed van uw broeder roept tot Mij vanuit de grond: Het idee van bloed dat uit de grond tot God roept, wordt later in de Bijbel herhaald. Numeri 35:29-34 beschrijft hoe het bloed van ongestrafte moordenaars het land verontreinigt.

i. Het bloed van Abel sprak, en het sprak van oordeel. Het bloed van Jezus spreekt ook, maar van betere dingen, van genade en van zonde die geoordeeld is (Hebreeën 12:24).

b. Dus nu bent u vervloekt van de aarde: De vloek over Kaïn was dat Adams vloek ten aanzien van hem zou worden versterkt. Als het voortbrengen van voedsel uit de aarde moeilijk zou zijn voor Adam (Genesis 3:17-18), dan zou het onmogelijk zijn voor Kaïn (die een boer was). Als Adam uit Eden verdreven zou worden (Genesis 3:24), zou Kaïn geen rustplaats vinden op de gehele aarde (een voortvluchtige en een zwerver zult gij op de aarde zijn).

3. (13-15) Kaïn klaagt over de strengheid van Gods oordeel.

En Kaïn zeide tot de HERE: “Mijn straf is groter dan ik dragen kan! Zeker, U hebt mij heden van de aardbodem verdreven; ik zal voor Uw aangezicht verborgen zijn; ik zal een vluchteling en een zwerver op de aarde zijn, en het zal gebeuren dat een ieder die mij vindt, mij zal doden.” En de HEERE zeide tot hem: “Daarom, wie Kaïn doodt, op hem zal zevenvoudig wraak genomen worden.” En de HERE zette een merkteken op Kaïn, opdat niemand die hem zou vinden, hem zou doden.

a. Mijn straf is groter dan ik kan dragen! Kaïn voelde zich niet slecht over zijn zonde, maar alleen over zijn straf. Deze houding eindigde niet bij Kaïn; net als hij voelen veel mensen zich alleen slecht over hun straf, niet over hun zonde.

i. “Een van de duidelijkste kenmerken van zonde is ons bijna aangeboren verlangen om ons te verontschuldigen en te klagen als we op enigerlei wijze veroordeeld worden.” (Boice)

ii. “Een van de gevolgen van de zonde is dat zij de zondaar medelijden met zichzelf doet hebben in plaats van hem ertoe te brengen zich tot God te wenden. Een van de eerste tekenen van nieuw leven is dat het individu partij kiest voor God tegen zichzelf.” (Barnhouse)

b. Wie Kaïn doodt, op hem zal zevenvoudige wraak worden genomen: Hoe belangrijk Gods oordeel over Kaïn ook was, God wilde niet dat Kaïn door anderen zou worden gedood. Dit is mogelijk omdat de bevolking van de aarde toch al precair laag was.

c. De HEERE stelde een merkteken op Kaïn: Daarom zette God een identificerend en beschermend merkteken op Kaïn. Ondanks de speculaties van sommigen, weet niemand echt wat dit merkteken op Kaïn was.

C. Kaïn en zijn nakomelingen.

1. (16-17) Kaïn trekt weg en trouwt.

Toen ging Kaïn uit van de tegenwoordigheid des HEREN en woonde in het land Nod, ten oosten van Eden. En Kaïn kende zijn vrouw, en zij werd zwanger en baarde Henoch. En hij bouwde een stad, en noemde den naam zijner stad naar den naam zijns zoons, Henoch.

a. En Kaïn kende zijn vrouw: Genesis 5:4 zegt dat Adam andere zonen en dochters had. Kaïn trouwde kennelijk met zijn zuster. Hoewel het trouwen met een zuster tegen de wet van God was volgens Leviticus 18:9, 18:11, 20:17, en Deuteronomium 27:22 (die zelfs het trouwen met een halfzuster verbiedt), was dit lang voordat God die wet tot Mozes en de wereld sprak.

i. Hier eiste de noodzaak dat Adams zonen met zijn dochters trouwden. En op dit punt was de genenpoel van de mensheid zuiver genoeg om hechte huwelijken toe te staan zonder schade van inteelt. Maar zoals een stroom meer vervuild kan raken naarmate hij verder van de bron stroomt, kwam er een tijd dat God verordonneerde dat er geen huwelijken meer mochten zijn tussen naaste verwanten vanwege het gevaar van inteelt.

ii. Zelfs Abraham huwde zijn halfzuster Sara (Genesis 20:12). God verbood zulke huwelijken niet tot de tijd van Mozes (Leviticus 18:9). Het huwelijk met een broer of zuster was niet verboden totdat God het verbood.

b. En hij bouwde een stad: Hier zien we het begin van de industrie en van de verstedelijking. Vanaf dit begin was het sterk op de mens gericht (en noemde de naam van de stad naar de naam van zijn zoon), niet op God. De val van het menselijk ras zette zich voort en nam zelfs toe.

2. (18-22) De geslachten na Kaïn.

Tot Henoch werd Irad geboren; en Irad verwekte Mehujael, en Mehujael verwekte Methushael, en Methushael verwekte Lamech. En Lamech nam zich twee vrouwen; de naam van de ene was Ada, en de naam van de tweede was Zilla. En Ada baarde Jabal. Hij was de vader van hen, die in tenten woonden en vee hadden. De naam van zijn broer was Jubal. Hij was de vader van allen, die harp en fluit bespelen. En wat Zilla betreft, zij baarde ook Tubal-Kaïn, een leermeester van iedere handwerksman in brons en ijzer. En de zuster van Tubal-Cain was Naamah.

a. Uit Henoch werd Irad geboren: Het beeld is er een van snelle vooruitgang. Volgende generaties boekten snel vooruitgang op gebieden als het stichten van een stad (Genesis 4:17), het bouwen van huizen (de vader van hen die in tenten wonen), muziek en kunst (de vader van allen die harp en fluit bespelen), en metaalbewerking (een leermeester van iedere ambachtsman in brons en ijzer).

i. Het idee dat de mensheid werkelijk zeer snel vooruitging druist in tegen de meeste moderne theorieën, maar de archeologie kan alleen maar evalueren op basis van wat bewaard is gebleven, en is dus enigszins speculatief.

b. Methushael verwekte Lamech: De naam Lamech kan betekenen, veroveraar. Hij was de zevende van Adam aan Kaïn’s kant. Lamechs arrogantie (Genesis 4:23-24) is een contrast met Henoch, die de zevende van Adam was aan de lijn van Seth (Judas 14).

c. Lamech nam voor zichzelf twee vrouwen: Lamech was de eerste bigamist in de geschiedenis, die inging tegen Gods oorspronkelijke plan om één man en één vrouw tot één vlees te laten worden (Genesis 2:24, Mattheüs 19:4-8). De namen van zijn vrouwen en dochter tonen de nadruk in zijn hart: Adah betekent, “plezier, ornament, of schoonheid.” Zilla betekent “schaduw”, waarschijnlijk verwijzend naar een luxueuze bedekking van haar. De naam van zijn dochter was Naamah, wat “lieflijkheid” betekent. Lamechs cultuur was toegewijd aan fysieke en uiterlijke schoonheid.

3. (23-24) Lamechs arrogante opschepperij.

Toen zei Lamech tegen zijn vrouwen:

“Adah en Zilla, hoor mijn stem;
vrouwen van Lamech, luister naar mijn toespraak!
Want ik heb een man gedood omdat hij mij verwond had,
ook een jongeman omdat hij mij pijn gedaan had.
Als Kaïn zevenvoudig gewroken zal worden,
dan zal Lamech zevenenzeventigvoudig gewroken worden.”

a. Ik heb een man gedood omdat hij mij verwondde: De manier waarop Lamech opschepte over zijn moord op een ander, en de manier waarop hij meende een grotere vergelding te kunnen beloven dan God, toont een voortschrijdende ontaarding onder de mensheid. Het ging snel slechter met het menselijk ras, een ware devolutie.

b. Als Kaïn zevenvoudig zal worden gewroken, dan Lamech zevenenzeventigvoudig: Dit alles is een weergave van het humanisme, een mensgericht perspectief. De stad was Kaïns stad; de focus van Lamech was zijn mooie vrouwen en zijn eigen waargenomen kracht. Maar ondanks alle opschepperij van Lamech, wordt er in de Bijbel nooit meer iets over hem of zijn nakomelingen vernomen. Hij kwam tot niets.

4. (25-26) Seth wordt geboren uit Adam en Eva.

En Adam leerde zijn vrouw weer kennen, en zij baarde een zoon en noemde hem Seth: “Want God heeft mij een ander zaad aangewezen in plaats van Abel, die Kaïn gedood heeft.” En wat Seth betreft, ook hem werd een zoon geboren, en hij noemde hem Enosh. Toen begonnen de mensen den naam des HEEREN aan te roepen.

a. En Adam herkende zijn vrouw, en zij baarde een zoon: Adam en Eva hadden vele kinderen die in het bijbelse verslag niet met name worden genoemd, maar Seth is het vermelden waard omdat hij in zekere zin Abel verving en degene was aan wie de belofte van een verlosser uit het zaad van de vrouw (Genesis 3:15) zou worden doorgegeven.

b. Toen begonnen de mensen de naam des HEREN aan te roepen: zelfs in die goddeloze dagen was de aanbidding van God niet onbekend. Sommigen hebben Genesis 4:26 de eerste opwekking genoemd, omdat het de eerste aanwijzing was van een geestelijke opleving na een duidelijk verval.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.