Geprezen als pastorale paus die inclusiviteit predikt en geprezen om zijn aandacht voor zaken als armoede en het milieu, heeft paus Franciscus de taak de Kerk te leiden op een belangrijk moment in haar geschiedenis, nu zij wordt geconfronteerd met toenemende globalisering.

Jorge Mario Bergoglio werd in 1936 in Buenos Aires geboren als oudste van vijf kinderen. Hij studeerde af aan een technische middelbare school met een diploma als chemisch technicus, en werkte in die hoedanigheid op de levensmiddelenafdeling van een laboratorium. Op eenentwintigjarige leeftijd kreeg hij een zware longontsteking en werd een deel van een long verwijderd. Het jaar daarop trad Bergoglio toe tot het noviciaat van de Sociëteit van Jezus in Buenos Aires. Als onderdeel van zijn opleiding studeerde hij humaniora in Santiago, Chili.

In 1963 keerde hij terug naar Buenos Aires waar hij een graad in de filosofie behaalde aan de filosofische en theologische faculteit van San Miguel. Daarna doceerde hij literatuur en psychologie, eerst een jaar in Santa Fe en daarna weer in Buenos Aires, aan de Universiteit van El Salvador.

Bergoglio werd in 1969 tot priester gewijd, nadat hij was teruggekeerd naar het seminarie van San Miguel, ditmaal om theologie te studeren. Daarna werd hij er novicemeester en later professor in de theologie. Slechts vier jaar na zijn priesterwijding werd Bergoglio provinciaal van de Sociëteit in Argentinië, en hij bekleedde deze functie gedurende de volgende zes jaar. Na afloop van zijn ambtstermijn werd hij weer rector in zijn alma mater, het seminarie van San Miguel.

In 1986 vertrok Bergoglio naar Duitsland om zijn doctoraalscriptie in Frankfurt af te ronden, en daarna verbleef hij enige tijd in Cordoba als geestelijk leidsman. In 1992 werd hij benoemd tot titulair bisschop van Auca en hulpbisschop van Buenos Aires en zes jaar later werd hij benoemd tot aartsbisschop van Buenos Aires. In deze functie richtte Bergoglio zijn energie met name op het vergroten van de aanwezigheid van de kerk in de sloppenwijken van Buenos Aires.

Bergoglio werd in 2001 door paus Johannes Paulus II tot kardinaal benoemd en verzocht iedereen die naar Rome wilde reizen om zijn benoeming te vieren, het geld dat zij zouden hebben uitgegeven aan de armen te geven. In die tijd was Argentinië in de greep van een economische crisis, met rellen in het hele land; Bergoglio was zeer uitgesproken in het veroordelen van de rijken die de situatie hadden veroorzaakt.

Bekend en geprezen om zijn nederigheid, verkoos Bergoglio als aartsbisschop en later als kardinaal om in een bescheiden appartement te wonen in plaats van een statige accommodatie die bij zijn positie hoorde. Bij het conclaaf na de dood van paus Johannes Paulus II kreeg Bergoglio naar verluidt het op een na hoogste aantal stemmen en verloor hij van de Duitse kardinaal Joseph Ratzinger, die tot paus Benedictus XVI werd gekozen.

Met de aankondiging van het aftreden van paus Benedictus XVI, die acht jaar in functie was, werd een conclaaf bijeengeroepen en in maart 2013 werd Bergoglio tot zijn opvolger gekozen – de eerste Latijns-Amerikaanse paus, de eerste jezuïetenpaus, en de eerste die de naam Franciscus aannam. Sinds zijn verkiezing tot opperpaus heeft paus Franciscus duidelijk laten zien waar zijn prioriteiten liggen; hij heeft zich hard gemaakt voor zaken als burgerlijke gerechtigheid en armoede in de hele wereld, evenals voor het welzijn van het milieu en heeft een sterke betrokkenheid getoond bij oecumene en interreligieuze dialoog.