Wetenschappelijke walvisvangst – politiek, geen wetenschap
Op grond van een andere bepaling van het Internationale Verdrag tot Regeling van de Walvisvangst zijn sommige naties op walvissen blijven jagen met gebruikmaking van de uitzondering voor “wetenschappelijke vergunningen”.
Dit systeem staat landen toe hun walvisvaarders vergunningen te verlenen om wetenschappelijk onderzoek te doen, met de uitdrukkelijke bepaling dat de gevangen walvissen “voor zover uitvoerbaar” moeten worden “verwerkt”. Op die manier kunnen walvissen worden gevangen en kunnen hun vlees en producten commercieel worden verkocht. Er zijn beschuldigingen geuit dat Japan wetenschappelijke vergunningen gebruikt als een manier om het moratorium te omzeilen.
Japan en IJsland zijn de enige twee landen die momenteel van deze bepaling gebruik maken. Japan houdt zich sinds 1987 bezig met wetenschappelijke walvisvangst, een jaar na het begin van het IWC-moratorium op de commerciële walvisvangst. IJsland is onlangs, in 2003, begonnen met “wetenschappelijke walvisvangst” voordat het in 2006 zijn commerciële jacht hervatte.
Deze landen beweren dat de vangsten van essentieel belang zijn om de nodige informatie te verkrijgen voor onderzoek en toekomstig beheer van walvisachtigen.
Meer gedetailleerde informatie over het aantal walvissen dat is gedood sinds het begin van het IWC-moratorium in 1986.