Migrainische neuralgie: Een kenmerkend syndroom van hoofdpijn, tegenwoordig beter bekend als clusterhoofdpijn. Er zijn twee belangrijke klinische patronen van clusterhoofdpijn — de episodische en de chronische:

• Episodisch: Dit is het meest voorkomende patroon van clusterhoofdpijn. Het wordt gekenmerkt door 1-3 korte aanvallen van pijn rond de ogen per dag, met deze aanvallen geclusterd over een periode van 1-2 maanden gevolgd door een pijnvrije remissie, een adempauze. De gemiddelde duur van de remissie is een jaar.
• Chronisch: Gekenmerkt door de afwezigheid van aanhoudende perioden van remissie, kan chronische clusterhoofdpijn beginnen zonder voorgeschiedenis van clusterhoofdpijn, of het kan ontstaan enkele jaren nadat de patiënt een episodisch patroon van clusterhoofdpijn heeft ervaren.

De episodische en acute vormen van clusterhoofdpijn kunnen in elkaar overgaan, dus het lijkt het meest waarschijnlijk dat ze slechts verschillend-uitziende klinische patronen van een en dezelfde ziekte zijn.

Hoewel de mechanismen die ten grondslag liggen aan clusterhoofdpijn en migraine een zekere mate van overeenkomst kunnen vertonen, lijkt clusterhoofdpijn als ziekte te verschillen en te onderscheiden van migraine. Bijvoorbeeld, propranolol is effectief voor migraine maar niet voor clusterhoofdpijn, terwijl lithium goed is voor clusterhoofdpijnsyndroom maar niet voor migraine.

Clusterhoofdpijn heeft ook een keur aan andere verwarrende namen waaronder ciliary neuralgia, erythroprosopalgia, histamine cephalalgia, Raeder’s syndroom, sphenopalatine neuralgia, en vidian neuralgia.

QUESTION

Wie heeft het vaakst last van migraine hoofdpijn? Zie antwoord